Inclusie arrangement

 Inclusie arrangement 

Doel

Het ondersteunen en stimuleren van inclusief onderwijs in de Rijnstreek.

Bedoeling

De tijdelijke financiële impuls geeft de aanzet voor het duurzaam versterken van het systeem van leerling, leerkracht en school¹ om de leerling blijvend te kunnen bedienen in het regulier onderwijs, waarbij de leerling zelfstandig kan functioneren in de groep.

Met de versterking van het systeem wordt tevens de expertise binnen de school, het schoolbestuur en daarmee de regio Rijnstreek vergroot.

Inzet arrangement

Het inclusie arrangement wordt ingezet om het systeem van leerlingen (klassen), leerkrachten, scholen en schoolbesturen zo te versterken dat duurzaam voldaan kan worden aan de ondersteuningsbehoeften van de leerling die de basis en extraondersteuning overstijgt. Het inclusie arrangement wordt gestapeld op de basis- en extraondersteuning van het schoolbestuur ingezet en is beschikbaar voor ‘TLV-waardige’ leerlingen met ondersteuningsbehoeften passend binnen cluster 3 en 4 (TLV’s SO).

Het inclusie arrangement biedt financiële ondersteuning voor 1 schooljaar. In dit jaar wordt toegewerkt naar een situatie waarbij het systeem in de opvolgende jaren toe kan met ofwel begeleiding vanuit de basis- en extra ondersteuning vanuit de school ofwel een beperktere financiële ondersteuning vanuit het SWV. Hierbij is het toegestaan het arrangement groepsgewijs in te zetten.

Uiteraard kan het nodig zijn om naast de ondersteuning vanuit het onderwijs blijvende jeugdhulp ondersteuning aan de leerling en zijn/haar omgeving te bieden.

Typen arrangement

Er zijn drie typen inclusie arrangement, te weten: Intensief, medium en light. Het aan te vragen type arrangement hangt af van de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de benodigde ondersteuning in het schoolsysteem (de context rondom het kind). Deze wordt beschreven in het plan dat ingediend wordt bij aanvraag van het arrangement.

Proces van aanvraag

De aanvraag verloopt via het systeem van Tommy:

• Maak een leerling aan in Tommy;
• Kies voor het aanmaken van een OPP in Tommy, of maak een separaat OPP       en voeg deze toe in de documentenmap;
• Vraag via Tommy betrokkenheid van een onderwijsspecialist van het SWV;
• Plan - na toekenning van onderwijsspecialist – minimaal 2 BOT overleggen       in;
• Vraag na besluit in het BOT een inclusie arrangement aan in Tommy. 

Beschrijf hierin het plan dat in ieder geval de volgende onderdelen bevat:

• het perspectief is (waar werken we naartoe);
• de doelstellingen waaraan gewerkt wordt (naar welke aanpassingen in de         context rondom het kind/de groep wordt gestreefd?);
• de inzet en door wie deze wordt gepleegd;
• de evaluatiecriteria^2;
• hoe de inzet vanuit het arrangement de leerling (groep), leerkracht, school       en schoolbestuur versterkt om de expertise blijvend uit te bouwen en de         leerling duurzaam te behouden in het regulier onderwijs.

• Na aanvraag schrijft betrokken onderwijsspecialist een deskundigenadvies       aan de TLC.
• TLC neemt aanvraag in behandeling en informeert over besluit.
• Na toekenning volgt een BOT waarin afspraken worden gemaakt over                 inzet, planning en evaluatie van het proces.
• Voor het einde van het eerste jaar volgt een evaluatie met afspraken over         vervolg (ondersteuning vanuit basis en extra ondersteuning/heraanvraag         (lager)inclusie arrangement/aanvragen van een TLV).
• Betrokkenen gaan bij aanvraag akkoord met deelname aan de monitoring         van dit arrangement.

Voorwaarden voor aanvragen Inclusie arrangement

• Arrangement wordt toegekend aan ‘TLV-waardige’ kinderen en ter                      vervanging van een TLV, maar bovenop de basis en extra ondersteuning die      de leerling vanuit de school al ontvangt. Deze basis- en extra                                ondersteuning blijft ook na afgifte van het arrangement gehandhaafd;
• Het proces voor toekenning loopt gelijk aan het proces voor TLV aanvraag:        de onderwijsspecialist van SWV Rijnstreek is betrokken, er is een OPP,                ouders en andere ketenpartners zijn betrokken;
• Toekenning wordt gedaan door TLC van SWV Rijnstreek;
• Toekenning wordt gedaan voor een schooljaar, tweemaal per jaar wordt de        onderwijsspecialist van SWV Rijnstreek betrokken bij evaluatie. Eenmaal          is dit tegen het einde van het toekenningsjaar waarbij besloten wordt                over vervolg;
• Toekenning gebeurt op basis van een plan waarin wordt aangegeven:     

     - wat het perspectief is

      - aan welke doelstellingen gewerkt wordt;

      - welke inzet door wie wordt gepleegd;

      - welke evaluatiecriteria er zijn;

    - hoe de inzet leerling, leerkracht, school en schoolbestuur  versterkt om                 de expertise blijvend uit te bouwen en de leerling duurzaam                                     te behouden in het regulier onderwijs.

• Omdat het arrangement start als een pilot vindt monitoring plaats door             SWV Rijnstreek. De uitkomsten hiervan worden jaarlijks besproken in de           beleidsgroep. Monitoring richt zich op: aantal arrangementen, geslacht,             leeftijd en ondersteuningsbehoefte leerling, effect van het arrangement           (kan leerlingen inderdaad in regulier onderwijs blijven), inzet en uitbouw          van expertise (uit het Rijnstreekse netwerk).

¹ Met school wordt het gehele (onderwijs)team van de onderwijslocatie                   bedoeld.

² Om in de woorden van Gijs van Gemert te spreken: Er is een perspectief (stip       op de horizon), soepel plan (dat aangepast kan worden aan de                                   ontwikkelingen) en een snelle evaluatie (er wordt snel geëvalueerd of inzet         effect heeft).